top of page
Foto van schrijverNorma

Kerkorgel met voeten


In de Warffumse Sebastiaankerk bevindt zich een enorm kerkorgel uit de 19e eeuw, gebouwd in 1810-1812 door orgelbouwer Heinrich Hermann Feytag (1759-1811).


Oorspronkelijk waren het orgel en de bijbehorende balustrade rijk versierd maar rond 1880 besloot het kerkbestuur dat deze pracht en praal de kerkgangers af zou kunnen leiden van de preek en werd het orgel ontdaan van zijn oorspronkelijke kleurstelling. Ruim 140 jaar later vond men het tijd de monotone bruine verflaag weer te verwijderen en het orgel zijn decoratieve uiterlijk terug te geven. Daarnaast werd besloten, wat volgens de orgelbouwers van Reil niet vaak meer voorkomt, het orgel zelf ook volledig te restaureren. Hiermee heeft het niet alleen zijn kleuren maar ook het register uit 1812 - dat begin 20e eeuw was vervangen door een register met een andere klank - weer terug.


Een aantal keren ben ik naar het Noorden gereisd om de gedaantewisseling te kunnen volgen. Restauratieschilder Appie Veenstra legde mij geduldig uit wat er allemaal gebeuren moest aan schilderwerk en de mensen van Reil waren zo sympathiek om mij van alles over het restaureren van het instrument zelf bij te brengen. In deze en de volgende blog vertel ik in het kort wat er zo'n beetje plaatsvond en waarom dit orgel extra bijzonder is; het heeft "voeten"!













Het kerkorgel en balustrade in bruin geverfde kleur voor de restauratie. Onderaan deze blog is het verschil goed te zien met de huidige situatie.



Rood eiken en voeten

De kast van het orgel bestaat uit 'gespiegeld eikenhout' en deze is geschilderd in de kleur mahonie. In het begin van de 19e eeuw was dit een populaire kleur van eiken die in het interieur werd toegepast. Om deze oude mohoniekleur bloot te leggen moest de bruine verflaag die er in het begin van de 20e eeuw overheen geschilderd is, verwijderd worden. Grote vlakken van het hout zijn daarvoor helemaal geschuurd en daarna goed schoongemaakt. Vervolgens heeft Appie (nadat beschadigde stukken in het hout hersteld waren waar dat nodig was) drie lijnoliekleuren - direct op het palet - gemengd waarmee hij de orgelkast en balustrade de kleur terug heeft kunnen geven die het dichtst bij het originele mahonie lag. De lijnolieverf is in een dunne laag aangebracht om de mooie tekening van het hout goed zichtbaar te laten. Uiteindelijk zorgden twee blanke laklagen voor de afwerking.

Restauratieschilder Appie Veenstra werkt aan de orgelkast van beneden naar boven.


Op het fijne houtsnijwerk en kleinere vlakken hout met details moest de verf voorzichtig met een chirurgisch mesje laagje voor laagje weggekrabd worden (Net als bij de restauratie van het prachtige plafond van Buitenplaats Trompenburgh, zie mijn blog hierover). Bij de registerknoppen bevinden zich kleine plaatjes waar de desbetreffende registers die je met het uittrekken van de knop 'activeert' op aangegeven worden. Ook deze plaatjes zijn bijgewerkt waar dat kon maar ook, waar nodig, de verf uit 1932 weggekrabd om de originele namen en versieringen weer tevoorschijn te laten komen. En daar werd iets heel bijzonders ontdekt: onder de weggekrabde verflaag kwam veelvuldig het woord "voeten" vandaan.

"Voet" is een oude lengtemaat, bij kerkorgels wordt de term nog steeds gebruikt om de lengte van de orgelpijpen, en daarmee een toon, mee aan te geven. De 19e eeuwse schilder had hier blijkbaar geen weet van en heeft ipv "voet", "voeten" bij de registerknoppen geschilderd. Mij is verteld dat schilders in die tijd wel vaker eigen interpretaties gaven aan hetgeen dat geschilderd moest worden.


Over de oude namen waren met het inbouwen van een nieuw register in 1932 nieuwe namen geschilderd. Nu het orgel weer zijn originele register terug heeft zijn ook de oude namen weer hersteld zodat instrument en benaming/decoratie weer een kloppend geheel vormen.


Het goud op de tekst is bijgewerkt en de geschilderde palmblaadjes zijn waar het nodig was met lijnolieverf hersteld; waar geen verf meer aanwezig was zijn de plekken nieuwe verf aangestipt. Een blanke lak is gebruikt om het geheel te beschermen en af te werken.


Kunst- en restauratieschilder Cleo Rolloos krabt voorzichtig de verflaag uit 1931 weg om de originele beschildering uit 1812 bloot te leggen.


Glitter en goud

De "zijwangen" en een aantal van de ornamenten dat op en aan de orgelkast en balustrade zat, werd meegenomen naar het atelier van Appie waar ze werden schoongemaakt en voorzien van ivoorwitte acrylverf. Daarop werd een pattineerlaag aangebracht om het geheel te verouderen en accenten werden gegeven met geel en bladgoud.


Ornamenten worden zorgvuldig gerestaureerd en van nieuwe kleuren/goud voorzien in het atelier van Appie Veenstra. Het trompetje dat in het centrum van de balustrade hangt is eerst verguld (met bladgoud) en daarna beschilderd met een blauwe transparante glacie op en matte, blanke lak om het het uiterlijk van een echt instrument te geven.


Appie Veenstra aan het werk; orgelkast en balustrade werden geschuurd en kregen vervolgens een fikse schoonmaakbeurt. Daarna kon pas worden begonnen aan de houtimitaties.


Marmer

Het imiteren van natuurlijke materialen is al eeuwen oud. Niet alleen werden hout- en marmerimitaties toegepast in gebouwen vanwege financiële redenen of een gebrek aan bepaald bouwmateriaal maar tot het eind van de negentiende eeuw was het ook gebruikelijk gangbare bouwmaterialen te verhullen met een imitatie die de realiteit overtrof. Op die manier was het interieur aangekleed met het mooiste "natuurlijke" materiaal dat de perfecte belijning en foutloze kleurovergangen had.


In de kerk van Warffum zijn de houten dorische zuilen onder het orgel en de balustrade ooit ook beschilderd geweest (bleek na kleuronderzoek) maar hoe dat er precies uit gezien heeft is niet meer te achterhalen. Daarom is ervoor gekozen om voor dezelfde kleurstelling te kiezen als die van de kerk van Bellingwolde die ook een "Freytagorgel" heeft. Orgel, balustrade maar ook de steunpilaren hebben dezelfde kleuren gekregen; mahonie, ivoorwit, geel en goud. Voor de zuilen zijn negen verschillende kleuren gebruikt om de steensoort zo goed mogelijk te kunnen benaderen.


L: Restaurator Appie Veenstra bezig met een marmerimitatie in de kerk te Warffum. R: de metamorfose van het orgel is bijna klaar (zie ter vergelijking de foto hierboven).


* De Sebastiaankerk is een gebouw uit de 11e/12e eeuw, opgetrokken uit tufsteen en gebouwd op een Hoogelandse wierde. Oorspronkelijk was dit een romaanse kerk maar door verschillende verbouwingen in de 16e en 19e eeuw heeft het uiteindelijk een neogotisch karakter gekregen.



- - - - - - - - - - - - -


Meer lezen/zien over restauraties?

In mijn andere blogs zijn nog meer verschillende interessante restauraties te zien en te lezen.

Meer van mijn werk is te zien op de pagina's fotografie van monumenten en restauraties.




Comments


bottom of page